Precies vijf jaar nadat een Bulgaarse arbeider er om het leven kwam onder de wielen van een verreiker, zijn de zaakvoerders van het Anzegemse afvalverwerkingsbedrijf Van Houcke schuldig bevonden aan onopzettelijke doding en mensenhandel. “Werknemers waren nummers en een veiligheidsbeleid was onbestaande”, schoot het OM met scherp. Ook de onderaannemer die het slachtoffer en zijn collega’s uitstuurde, werd veroordeeld.
Op 9 januari 2020 was het slachtoffer – een 30-jarige papa in spe – sorteerwerken aan het uitvoeren in een loods van afvalverwerkingsbedrijf Van Houcke in Anzegem. Tijdens de werken kwam de Antwerpse Bulgaar onder de wielen van een verreiker terecht. Zijn twee collega’s sloegen alarm, waarna zaakvoerster K.V. (57) de hulpdiensten verwittigde. Maar alle hulp kwam te laat.
Volgens zijn collega’s reed het slachtoffer zelf met de verreiker, maar het arbeidsauditoraat plaatste daar vraagtekens bij en besloot de zaak tot op de bodem uit te spitten. Maar zelfs na een reconstructie, meerdere verhoren en huiszoekingen bleven de mannen volhouden dat de Antwerpenaar met het voertuig reed. “Ook de technisch deskundige sprak zich niet uit over wie aan het stuur zat”, aldus arbeidsauditeur Sofie Heyndrickx.
Vernietigend beeld
En dus besloot het openbaar ministerie de collega’s niet te dagvaarden. Zaakvoerders K.V. en P.V. (60) moesten wél in de beklaagdenbank plaatsnemen. De arbeidsauditeur schetste een vernietigend beeld van hun bedrijf. “Van een veiligheidsbeleid was geen sprake”, stelde ze. “De remmen van die verreiker werkten niet naar behoren en die mannen hadden ook geen enkele opleiding gekregen.”
Het slachtoffer en zijn collega’s bleken uitgestuurd door de Antwerpse onderaanneming van Mustafa S. (42), een man met veertig veroordelingen in zijn strafregister. Die werd samen met zijn echtgenote F.O. (44) mee voor de rechtbank gedaagd. Net als de zaakvoerders van Van Houcke moesten ze zich niet enkel verantwoorden voor onopzettelijke doding, maar ook voor mensenhandel. Volgens het arbeidsauditoraat was immers sprake van uitbuiting.
“De werksituatie was schrijnend”, zei Heyndrickx. “Die mensen werden daar gewoon gedropt, zonder dat ze gemeld werden bij de sociale zekerheid. Ze hadden geen enkel statuut, werden onderbetaald en konden zich tijdens hun pauze alleen opwarmen in hun eigen auto. Ze moesten heel snel doorwerken, want als het werk ’s avonds niet af was, kregen ze de bons. Een van de collega’s bleef zelfs doorwerken terwijl het slachtoffer lag te vechten voor zijn leven.”
Namen niet gekend
Het stootte de advocaat van de weduwe ook tegen de borst dat de zaakvoerders zelfs hun naam niet kenden. “Die mensen waren gewoon nummers”, klonk het streng. “Dat bedrijf was de ergste plaats op aarde om te werken. En het ergste was nog dat Van Houcke na het ongeval opnieuw in zee ging met diezelfde onderaannemer.” De arbeidsauditeur bevestigde dat. “Bij een hercontrole in 2021 bleken opnieuw twee mensen in dezelfde omstandigheden aan de slag. Ronduit hallucinant.”
De verdediging ging voluit voor de vrijspraak. De advocaat van Van Houcke wees beschuldigend naar Mustafa S., die hij een “foefelaar” noemde. “Het was hij die instond voor de organisatie van zijn werknemers en ervoor moest zorgen dat zij veilig konden werken”, zei meester Stijn Dewolf. “Mijn cliënten valt niets te verwijten. Alles verliep via facturen en die werden altijd netjes betaald. En zij hebben die mensen zeker niet tot nummers gereduceerd.”
Vragen bij collega’s
Meester Dewolf haalde ook uit naar de collega’s van het slachtoffer. “Hun rol was dubieus en kwaad opzet valt zelfs niet uit te sluiten”, zei hij over de slechte relatie tussen het slachtoffer en zijn werkmakkers. “Deze piste is onvoldoende onderzocht.”
Ook de advocaat van Mustafa S. sloot niet uit dat het slachtoffer opzettelijk werd aangereden. “Het slachtoffer werd zelfs afgeperst door een van die collega’s”, pleitte hij. “De werkplek was primitief – het is tenslotte een vuilnisbelt – maar daarom nog niet mensonwaardig. Maar die verreiker viel onder de verantwoordelijkheid van Van Houcke.”
Over hele lijn schuldig
De rechtbank volgde vrijdag evenwel de stelling van het Openbaar Ministerie en vond alle beklaagden over de hele lijn schuldig. Van Houcke N.V. kreeg een geldboete opgelegd van 114.000 euro, waarvan de helft met uitstel. Zaakvoerders K.V. en P.V. kregen elk een jaar celstraf met uitstel en een geldboete van 24.000 euro waarvan 6.000 effectief. De twee zijn ook voor vijf jaar hun burgerrechten kwijt.
Mustafa S. kreeg 37 maanden effectieve celstraf, een effectieve geldboete van 24.000 euro en vijf jaar ontzetting uit de burgerrechten. De rechtbank beval zijn onmiddellijke aanhouding. Zijn vrouw F.O. (44) werd mee veroordeeld en kreeg een jaar cel met uitstel en een geldboete van 24.000 euro, waarvan 21.600 euro effectief. Ook zij is voor vijf jaar haar burgerrechten kwijt.
Aan de burgerlijke partijen kende de rechtbank in totaal om en bij de 36.000 euro schadevergoeding toe.
Hoger beroep
“Wij zijn zeer aangedaan dat wij mede verantwoordelijk gehouden worden voor de opzettelijke en frauduleuze misdrijven van een malafide onderaannemer”, laten de zaakvoerders weten via hun advocaat meester Dewolf. “Dit waren werkkrachten die niet bij ons in dienst waren, maar bij die onderaannemer, ook al werden de werken uitgevoerd op ons bedrijventerrein. Zelf hebben wij steeds stipt wekelijks een correcte vergoeding betaald aan de onderaannemer en nooit een verkeerde intentie gehad, laat staan dat wij ooit iemand zouden uitbuiten. Wij hebben dan ook de beslissing genomen om hoger beroep aan te tekenen tegen het vonnis. Uiteraard betreuren wij zeer het dodelijk ongeval en willen we ons medeleven betuigen aan de nabestaanden van het slachtoffer.”
“De werkomstandigheden werden weliswaar veel slechter voorgesteld dan ze in realiteit waren. Pas na het onderzoek leerden wij dat de aangestelde werkkrachten door de onderaannemer niet ingeschreven waren. Aangezien zij buitenlanders zijn, wordt dit ‘oplichting in het sociaal strafrecht’ en zelfs ‘mensenhandel’ genoemd. Het is zeer zwaar om dragen dat dergelijke termen op uw hoofd geplakt worden. Laat ons duidelijk zijn: zulke praktijken staan mijlenver van waar wij als mens en ons familiebedrijf voor staan. Ons personeel werkt al tot twintig jaar lang graag bij ons. Wij hebben echter al ons vertrouwen in onderaannemers verloren en werken enkel nog met werknemers die wij zelf in dienst genomen hebben. Door alles zelf op te volgen kunnen we zeker zijn dat de veiligheid en het welzijn van alle werkkrachten gegarandeerd wordt en dat iets dergelijks zich nooit meer kan herhalen.” (AFr)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier