Aannemersfamilie uit Kortrijk vraagt vrijspraak voor uitbuiting werkkrachten

© iStock
Redactie KW

Vier leden van een Roemeense aannemersfamilie uit Kortrijk vechten in de Brugse rechtbank hun veroordeling aan voor mensenhandel en zwartwerk. De mannen kregen bij verstek twee jaar cel opgelegd.

Het gerecht kreeg de familie F. en haar bouwbedrijf in het vizier na een klacht van een andere firma, die vermoedens had van uitbuiting. Op 3 oktober 2017 viel het gerecht binnen in het bedrijf langs de Gentsesteenweg in Kortrijk. Er bleken zes Roemenen aan de slag die verklaarden hoe ze onder valse voorwendsels naar België waren gelokt.

Afgetuigd

“Zo zouden ze gratis huisvesting krijgen en 100 euro per dag verdienen”, verduidelijkte arbeidsauditeur Jeroen Lorré. “Maar in werkelijkheid verdienden ze 200 à 300 euro per week en als ze om de rest van hun loon vroegen werden ze afgetuigd. Hun identiteitskaarten werden afgenomen om contracten af te sluiten voor internet en water. De rekeningen kwamen uiteraard bij de slachtoffers terecht.”

Geen badkamer en keuken

Aanvankelijk verbleven de arbeiders op een piepkleine zolder bij Mihai F. (56) in Kortrijk. Hij is de vader van spilfiguur Mihai B. (31), die in Aalst woont. Ze hadden er geen badkamer of keuken. Later belandden ze in oude tabaksfabriek zonder toilet of verwarming. Uiteindelijk verhuisden ze naar een woning van hun bazen langs de Gentsesteenweg. Die moesten ze wel eerst eigenhandig renoveren.

Verstek

Marius F. (25) en Sorel F. (30), respectievelijk de broer en de neef van het kopstuk, werden mee voor de rechter gedaagd. De vier kregen in november 2020 elk twee jaar cel en 48.000 euro geldboete opgelegd. Ze kwamen evenwel niet opdagen voor hun proces en vernamen hun veroordeling via de Roemeense media, die het verhaal oppikten. Ze tekenden toen meteen verzet aan.

Mihai B. kwam woensdag evenwel opnieuw niet opdagen. Marius F. gaf toe dat hij eigenaar was van een pand, maar ontkende dat hij betrokken was bij de bouwfirma. Ook Mihai F. ontkent zijn aandeel en Sorel F. was naar eigen zeggen enkel op papier zaakvoerder van de firma. De drie schoven alle schuld in de schoenen van het afwezige kopstuk en de andere zaakvoerder, die echter niet werd vervolgd.

De zaak wordt op 18 mei voortgezet. (AFr)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier