Een dag in het spoor van de Antwerpse politie in Middelkerke: “Middagpauze? Bestaat hier niet”

Agenten Wim en Gary patrouilleren op de zeedijk. © LK
Laurens Kindt

Van het grootste lokale politiekorps van Vlaanderen naar één van de kleinste zones in West-Vlaanderen. Voor de zes Antwerpse politieagenten die deze zomer de politie in Middelkerke komen versterken, betekent hun tijdelijke overplaatsing een kleine cultuurshock. “Wij hebben in Antwerpen overal verschillende diensten voor, maar die mannen en vrouwen hier moeten alles zelf kunnen”, klinkt het.

Politiezone Antwerpen is met 3.000 man het grootste lokale politiekorps van het land. De uitdagingen waar ze voor staan, zijn niet min. In de stad wonen 170 verschillende nationaliteiten, er zijn de ruigere buurten in de buitenwijken en er is de problematiek van de haven, waar de import van cocaïne tot een heuse oorlog heeft geleid. In Antwerpen valt al eens een granaat op straat of wordt een woning beschoten. Net vanuit die zone komen deze zomer zes politiemensen de politie in Middelkerke versterken.

Geen 2.999 collega’s, maar 69. Maar dat is een voordeel, zegt de Antwerpse inspecteur Wim (49) die we samen met zijn Middelkerkse collega Gary (36) een hele shift mogen volgen. “Dat is hier één grote familie en we zijn er met open armen in ontvangen”, zegt hij. Zelf zit Wim nog maar vier jaar bij de politie. “Een late roeping”, zegt hij. “Ik zit nu al vier jaar aan het onthaal in het centrale politiegebouw in Antwerpen. Vaak komen mensen daar hun rijbewijs terughalen. Hier, bij de interventiedienst in Middelkerke, is het omgekeerd: nu mag ik de rijbewijzen eens intrekken”, glimlacht hij.

Vaste klanten

Na een briefing door wachtofficier Koenraad – “check eens of de obers daar hun mondmasker wel dragen, of die persoon met huisarrest niet op straat ronddoolt, rij eens langs dat evenement met parkeeroverlast en kijk eens of Charles* en Piet* nergens te bespeuren zijn” – vertrekken we met de politiejeep. Wim lacht. “Alle Antwerpenaars hebben hier een verblijf gekregen. De meesten zitten in vakantieverblijf De Zeekameel, maar ik heb een appartementje gekregen omdat mijn vrouw en dochter in het weekend soms afkomen. Ik heb Charles al ontmoet. Een paar dagen geleden zorgde hij voor overlast onder mijn terras. Ik heb hem bij de kraag gevat en de collega’s gebeld”, vertelt hij.

Gary beaamt. “Da’s één van onze vaste klanten. Geen slechte mens, maar hij heeft helaas een knoert van een alcoholprobleem. Gisteravond zat hij ook al vast en nu zorgt hij blijkbaar weer voor problemen.” Nadat we vruchteloos naar Charles en Piet speuren langs het traject van de kusttram komt een nieuwe oproep binnen. Door de radio klinken straatnamen en politielingo, alles in sappig West-Vlaams. “Geen probleem voor mij”, zegt Wim. “Alleen als het snel gaat, moet ik soms eens een vertaling vragen.”

Net om frieten

Dat zijn West-Vlaamse collega’s al hun interventies – van vaststelling tot proces-verbaal over verder onderzoek – zelf afhandelen, daar staat Wim van te kijken. “In Ant-werpen hebben we daar andere diensten voor, zodat er zoveel mogelijk blauw op straat is. Maar hier moeten ze alles zelf kunnen. Dat is wel ferm. Nog een verschil: in Ant-werpen mogen wij een halfuur pauze vragen om te eten. Hier bestaat dat niet. Komt er een oproep binnen, dan vertrekken ze. Zonder mopperen. Zelfs als ze net om frieten zijn gegaan”, zegt Wim.

© LK

Collega Gary is maar wat blij met de Antwerpse versterking. “Nu kunnen wij in de zomer ook eens een dag recup of zelfs verlof nemen. Vroeger was dat quasi onmogelijk”, zegt hij. “Het is niet de bedoeling dat onze mensen 80 uren per week werken”, voegt ook commissaris Kris Daels toe. “Dat hou je niet vol. Die Antwerpse versterking kost ons geld (ongeveer 50.000 euro, red.), maar laat ons wel toe om de veiligheid op een efficiënte manier te verzekeren.”

Meteen gefilmd

Ondertussen helpt Gary een verdwaalde Franse toerist aan een parkeerplaats in Westende. In vlekkeloos Frans. “Dat kan ik niet. Met mijn Antwerps ben ik hier niet zoveel, het zijn hier vooral Franse toeristen”, geeft Wim toe. Met zijn fluogele kogelvrije vest van de PZ Antwerpen valt hij wel op. Een koppel West-Vlaamse toeristen spreekt hem aan. “De portefeuille van mijn man is gepikt, waar moeten we zijn?”, vraagt de vrouw. Wim helpt ze meteen aan een telefoonnummer en een adres.

“De mensen zijn hier anders dan in een grootstad. In Antwerpen word je meteen gefilmd bij een interventie die wat spannend is, hier niet. Hier is er nog wat meer ontzag voor de politie”, klinkt het.

Familiegevoel

Bij een koffiepauze in het commissariaat schetst commissaris Daels nog een verschil. “Vorige maand hadden we hier een melding van een verdachte bestelwagen, waar mogelijk iemand inzat die gewapend was. Ik ben meteen vertrokken met een collega. Toen ik aankwam, was de bestelwagen al uit het verkeer gehaald en stonden er drie combi’s en twee wijkagenten bij. Iedereen was uitgerukt, de bureaus hier waren allemaal leeg. Dat is het familiegevoel hier – we zorgen voor elkaar en springen bij als we kunnen – en dat heb je in een korps van 3.000 man minder.”

De Middelkerkse sfeer was één van de Antwerpse agenten zo bevallen dat hij een definitieve overplaatsing overwoog. “Alleen wou zijn 16-jarige dochter niet mee. Hij zal nog een paar jaar moeten wachten. Maar hij is welkom”, zegt Gary. Ook Wim zal nog terugkeren. “Ik heb er zelfs speciaal mijn verlof voor verplaatst. Volgend jaar kom ik terug. Als ik mag, hé”, lacht hij, voor hij er samen met Gary opnieuw vandoor gaat voor een nieuwe oproep.

* Charles en Piet zijn fictieve namen.