Onderzoeksrechter ging akkoord met buitenvervolgingstelling Couvreur

© BELGA
Redactie KW

Op het assisenproces over de moord op Caroline Vyncke (42) heeft onderzoeksrechter Marc Allegaert zijn getuigenis afgelegd.

De onderzoeksrechter kon zich vinden in de internering van Geert Vanweehaeghe (37) en de buitenvervolgingstelling van Thomas Couvreur (29). Die beslissing van de raadkamer in Kortrijk werd echter teruggedraaid door de KI in Gent.

“Controleer zelf gerust of er sprake is van dwang”

Geert Vanweehaeghe legde meerdere warrige bekentenissen af. Bovendien waren de gerechtspsychiaters van oordeel dat de man kampt met een lichte mentale achterstand. “Hij deed zich heel stuntelig voor, maar op alle vraagstellingen wist hij wel goed wat hij mocht zeggen en wat niet. Ik had niet de indruk dat het een zeer sukkelachtig persoon was”, aldus Marc Allegaert. De onderzoeksrechter omschreef Vanweehaeghe als een manipulator.

De verdediging hekelde het feit dat niet bij elk verhoor een advocaat aanwezig was. “Als er geen druk uitgeoefend wordt, mag die toch niet tussenkomen in het verhoor zelf.” Tijdens een verhoor en tijdens de reconstructie ging Vanweehaeghe pas helemaal op het einde tot bekentenissen over. “Ik had de indruk dat hij zich werkelijk realiseerde dat hij onder de feiten niet uit kon. Dat gesprek tijdens de wedersamenstelling staat trouwens op band, u kan zelf controleren of er sprake is van dwang.”

Lichaamsresten in het afvoerputje

Thomas Couvreur kwam in het vizier van de onderzoekers toen hij in het bezit bleek van de gsm van het slachtoffer. Tijdens een huiszoeking werd bovendien een mes met bloed van Caroline Vyncke aangetroffen. Toch werd de man door de raadkamer buiten vervolging gesteld. “Ik kon me honderd procent in die beslissing van de raadkamer vinden.” De zaak kantelde toen ook in het afvoerputje van de woning van Couvreur lichaamsresten werden aangetroffen. “Ik ga niet zeggen dat ik toen gevloekt heb, maar ik zag er wel een uitdaging in.”

Meester Frank Scheerlinck, raadsman van Vanweehaeghe, merkte op dat het nieuwe element onmogelijk te rijmen valt met de ingetrokken bekentenissen van zijn cliënt. “Hij heeft altijd naar ‘de Fransman’ gewezen. We hebben hem herhaaldelijk gevraagd hoe dat dan in zijn werk is gegaan, maar daar kregen we geen antwoord op.” De onderzoeksrechter verweet de verdediging dat ze hiervoor zelf geen verzoekschrift voor aanvullend onderzoek hebben ingediend.

Dinsdagmiddag zullen de speurders aan het woord komen.

(Belga)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier