Nog geen vonnis over brandstichting in Oostende

© Getty Images/iStockphoto
Redactie KW

Het vonnis in de zaak van een opzettelijke brandstichting in een flatgebouw in Oostende is uitgesteld naar de zitting van 26 november. B.D. (46) ontkent dat ze haar appartement opzettelijk in brand stak. Het parket vorderde 37 maanden effectieve gevangenisstraf.

Op 28 oktober 2018 werd de brandweer opgeroepen voor een hevige brand in de Honoré Borgersstraat in Oostende. Het vuur was ontstaan in het appartement op de derde verdieping. De bewuste flat van B.D. brandde helemaal uit, terwijl de rest van het gebouw aanzienlijke rook- en waterschade opliep. De branddeskundige stelde vier brandhaarden vast, waardoor een accidentele oorzaak onmiddellijk werd uitgesloten.

De bewoonster verklaarde nochtans dat ze de flat zeker niet opzettelijk in brand had gestoken. D. was naar eigen zeggen in slaap gevallen in de zetel, die volgens haar te dicht bij de kachel stond. Het parket benadrukte echter dat de beklaagde als enige aanwezig was in het appartement en vorderde 37 maanden effectieve celstraf.

De verdediging plaatste grote vraagtekens bij het verslag van de gerechtspsychiater. Daarnaast wees meester Maya Vanden Bogaerde op de verklaring van een thuisverpleegster. Die bevestigde aan de politie dat de muur bij de kachel zeer warm aanvoelde.

(Belga)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier