Twee mannen en een vrouw zijn in de Brugse rechtbank schuldig bevonden aan de gewelddadige verkrachting en afpersing van een Blankenbergenaar. Het slachtoffer werd daags na de feiten dood teruggevonden. Maar dit overlijden kon evenwel niet in oorzakelijk verband worden gebracht met het geweld.
Op 6 oktober 2015 besloten Roeselarenaar Albert I. (67), zijn echtgenote Marleen V. (48) en toenmalig ‘vriend des huizes’ Christophe P. (39) slachtoffer B.H. uit Blankenberge een stevig lesje te leren. B.H. had op dat moment een relatie met Marleen V., een prostituee, en volgens hield hij er nogal verregaande seksuele lusten op na. Die lusten brachten haar op een dag zelfs in het ziekenhuis waarna ze besliste om de relatie stop te zetten.
Samen met Albert I. en Christophe P. trok ze naar de woning van B.H. in Blankenberge om dat duidelijk te maken. Maar daar bleef het niet bij. Ze verdoofden B.H. met alcohol en cannabis en namen hem mee naar hun woning in Roeselare. Als straf voor wat hij Marleen V. had aangedaan scheerden ze hem kaal en lakten ze zijn nagels. Daarna werd B.H. ook nog brutaal verkracht met een vibrator van 20 centimeter lang en werd hij meegesleurd naar een bankkantoor waar hij 1.000 euro van zijn rekening moest halen.
Daarna voerden ze hem terug naar zijn appartement in Blankenberge, waar zijn ex-vrouw hem ‘s anderendaags opzocht. Marleen V. en Albert I. waren er ook, maar toen zijn weggingen vertelde B.H. hoe hij bedreigd was geweest en geld had moeten afhalen. Meer herinnerde hij zich naar eigen zeggen niet. Toen zijn ex ‘s avonds terugkeerde naar het appartement zat het slachtoffer dood in de zetel. De muren van zijn appartement hingen vol bloedvlekken.
Omdat een autopsie wees op een natuurlijk overlijden werd het onderzoek aanvankelijk stopgezet. Maar omdat de politie later informatie kreeg over de voorafgaandelijke verkrachting en de afpersing kwam het tot een rechtszaak. Daar moesten de drie beklaagden zich enkel voor de verkrachting en de afpersing verantwoorden.
Marleen V. minimaliseerde haar aandeel en beweerde dat ze in de tuin stond terwijl B.H. mishandeld werd. Volgens Albert I. was het Christophe P. die de mishandelingen uitvoerde, maar die beweerde net het omgekeerde. Albert I. kreeg maandag twee jaar effectieve celstraf opgelegd. Zijn echtgenote kreeg veertien maanden voorwaardelijke celstraf. Christophe P. kreeg 20 maanden effectieve celstraf. De drie zijn ook voor vijf jaar hun burgerrechten kwijt. De twee zonen van B.H. kregen elk 1.000 euro schadevergoeding toegekend.
(AFr)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier