Jonge moeder getuigt over stalking: “Je voelt je nergens nog veilig, zelfs niet in je eigen huis”
Uit cijfers van het West-Vlaams parket blijkt dat het aantal klachten over belaging de voorbije jaren in een dalende trend zit. Goed nieuws, al verwerkte het parket vorig jaar toch nog altijd 1.606 klachten over belaging. Dossiers waar de menselijke ellende van afdruipt en die een enorme impact hebben op het leven van de slachtoffers. “Je voelt je nergens nog veilig, zelfs niet thuis”, getuigt één van hen.
Ellen* is 42 jaar en woont in Oostduinkerke, samen met haar twee kinderen. In februari 2018 leert ze een man kennen, maar al snel voelt Ellen dat het niets zou worden tussen hen. “Hij wilde meer maar toen ik duidelijk maakte dat ik het niet zo zag, is het begonnen. Tientallen telefoontjes op een dag, duizenden sms’en en overal waar ik kwam, daagde hij plots ook op. Een wandeling op het strand? Daar was hij. Mijn zoontje ophalen aan de sportclub? Dan passeerde hij daar toevallig .”
“Eerst denk je ’t is maar efkes, ik moet doorbijten maar eigenlijk was het al snel duidelijk dat het problematisch begon te worden. Ik voelde me nergens nog veilig, zelfs in mijn eigen huis niet. Nochtans uitte hij nooit fysieke bedreigingen, maar je zit toch met die angst. En die gaat niet weg, ook nu nog niet”, vertelt Ellen. Het is ook die angst die ervoor zorgt dat ze liever niet met haar echte naam in de krant komt.
Ellen is lang niet de enige die te kampen heeft met een hardnekkige stalker. Het parket van West-Vlaanderen kreeg in 2020 maar liefst 1.606 dossiers over belaging te verwerken. Enig lichtpunt: dat aantal zit al een paar jaar in een dalende lijn. Waar er in 2016 nog 1.724 mensen slachtoffer werden van een stalker, waren dat er vorig jaar toch al een dikke honderd minder.
Meer aandacht
Een eensluidende verklaring is daar niet meteen voor, zegt West-Vlaams procureur Filiep Jodts. “Het is voor ons ook niet meteen duidelijk waarom er minder dossiers zijn. We weten wel dat er nu, meer dan vroeger, aandacht is voor de problematiek. Pakweg dertig jaar geleden was belaging een vorm van criminaliteit die minder onderzocht werd. Nu nemen we elk dossier serieus en volgen we dat van nabij op. Daarnaast is het ook zo dat er nu misschien minder onterechte klachten ingediend worden. Mensen misbruiken een klacht wegens belaging namelijk soms in bijvoorbeeld een lopende echtscheidingsprocedure. We zijn pas uit mekaar en hij staat daar weer op de parking van de Delhaize , klinkt het dan. Dat soort klachten is er grotendeels uit”, aldus de procureur.
“Toen hij mijn dochter aansprak op de fiets naar school brak er iets in mij” – Ellen, slachtoffer van stalker
Voor Ellen ging het wel wat verder dan een niet-toevallige ontmoeting op de parking van de supermarkt. Haar hele leven werd gedomineerd door de angst voor haar stalker. “Ik ben maanden thuisgebleven van mijn werk. Ik heb ook nooit aan mijn beste vrienden verteld hoe erg het was, hoewel ze zeker klaarstonden voor mij. Je sluit jezelf op, houdt alles voor jezelf. Soms was het eens drie weken rustig en dan denk je dat je ervan af bent. Tot hij plots toch weer opduikt, weer sms’en stuurt, weer langsrijdt. Die keer toen hij mijn dochter probeerde aan te spreken terwijl ze naar school fietste, was voor mij de spreekwoordelijke druppel. Dan is er iets gekraakt”, vertelt Ellen.
Parket en politie waren toen al op de hoogte van het probleem. “Het heeft lang geduurd voor ik de stap naar de politie durfde te zetten. Zes maanden. Ik was bang om niet geloofd te worden. Hij peperde me dat ook in. Ze gaan u uitlachen, ze gaan het nooit serieus pakken , sms’te hij me dan. Ik heb het lang geloofd, maar het tegendeel was waar. De politie luisterde echt naar mij en hielp me. Die boodschap wil ik andere slachtoffers zeker meegeven: stap naar de politie, ze gaan je helpen”, zegt Ellen.
“Vroeger was er vaak een probleem met de bewijslast”, legt procureur Jodts uit. “Als een slachtoffer zei dat de stalker hier of daar was opgedaagd en die ontkende dat, bewijs het dan maar eens. Maar nu zijn er vaak andere sporen, zoals sms’jes of telefoontjes, en die zijn wel te traceren. In veel gevallen is het ook zo dat, eens de politie de stalker een bezoekje brengt of een uitnodiging tot verhoor stuurt, het plots ophoudt. Dat iemand dan beseft dat hij of zij te ver gegaan is”, klinkt het.
Contactverbod
In het geval van Ellen kwam het wél tot een rechtszaak. De correctionele rechtbank besloot uiteindelijk om haar stalker opschorting van straf te geven. Daarmee waren de feiten bewezen verklaard, maar kreeg de man geen straf opgelegd. Hij moest zich wel aan een contactverbod houden én moest een schadevergoeding betalen. “Ik probeer er nu een streep onder te trekken, door te gaan met mijn leven. Eigenlijk laat hij me nog altijd niet met rust, probeert hij nog altijd invloed te hebben, maar ik wil vooruit. Het gaat beter, elke dag een beetje. Ik zie mezelf ook niet langer als slachtoffer. Ik ben in die rol geduwd, maar ik wil geen slachtoffer blijven. Híj zou zich moeten schamen, híj was verkeerd. Als je in zo’n situatie belandt, is het belangrijk dat je blijft praten, ook met professionelen en psychologen, dat je mensen in vertrouwen neemt om het taboe te breken. Weet dat je er nooit alleen voor staat”, besluit Ellen.
* Ellen is een schuilnaam. Haar identiteit is bekend bij de redactie.
Psychologe benadrukt belang van professionele hulp: “Er rust jammer genoeg nog altijd een taboe op”
Een belangrijke factor in het verwerkingsproces van slachtoffers van stalking en belaging is het vinden van professionele hulp. Ine De Deken, klinisch psycholoog bij Vizit in Veurne, ziet al te vaak hoe het taboe op de problematiek blijft. “We merken in onze praktijk dat sommige mensen naar ons komen met andere problematieken – denk aan depressie, angststoornissen, een manifest gebrek aan zelfvertrouwen – maar dat die vaak gelinkt kunnen worden aan stalking of belaging. Soms zelfs ver in het verleden”, stelt ze.
“Het blijft voor slachtoffers heel moeilijk om hun verhaal kwijt te kunnen, zowel in de eigen omgeving als bij hulpverleners. Dat komt net omdat hen ingeprent wordt dat ze ‘niet geloofd zullen worden’ of dat ze ‘het zelf allemaal hebben gezocht’, allemaal zaken die de dader hen aanpraat. Ik vind de getuigenis van Ellen dan ook sterk en ergens ook baanbrekend: erover praten is zó zó belangrijk. Het blijft natuurlijk altijd een persoonlijk verhaal, maar zoiets ingrijpend is bijzonder lastig om alleen te dragen.”
Want, zo beklemtoont Ine De Deken, het trauma verwerken kan wel degelijk. “Het hangt natuurlijk van de intensiteit van de feiten en van persoon tot persoon af, maar het is zeker mogelijk om mits de juiste begeleiding de draad van het leven weer op te pikken”, aldus de klinisch psychologe. “Wat wij in de therapie vooral proberen te doen, is dat diepgebakken wantrouwen in anderen en in de maatschappij weggommen. Dat is zeker niet evident, want net dat vertrouwen zijn de slachtoffers door alles wat ze meemaakten kwijtgeraakt. Wij proberen hen de waarde van vrienden en familie, van een partner, van mensen die je in vertrouwen kan nemen, opnieuw te laten inzien. Die contacten stimuleren is heel belangrijk, want een uurtje therapie per week is in vele gevallen niet genoeg. Je hebt mensen rondom je nodig, en die zijn er. Die zullen er altijd zijn.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier