Vijftien leden van motorclub voor rechter voor moordpoging op hun ‘brother’

Een groepsfoto van het West-Vlaamse chapter van No Surrender in januari 2018. (gf)
Redactie KW

Wie denkt dat bloederige afrekeningen in het milieu van criminele motorbendes zich alleen afspelen in televisieseries als ‘Sons Of Anarchy’, is slecht geïnformeerd. Ook in onze provincie schuwen de bendes het geweld niet. Een lid van No Surrender MC liet in december 2018 bijna het leven nadat zijn ‘brothers’ hem nogal hardhandig uit de club wilden zetten. Vijftien clubleden verschijnen maandag voor de rechter. Een reconstructie.

Het is een bewakingsagent van de firma Private Security die in de nacht van 14 op 15 december 2018 tijdens zijn ronde in het industriegebied langs de E403 in Dottenijs alarm slaat. Vlakbij garage Autosport Willy, in de Rue Jules Vantieghem, ziet hij een bebloede man op straat liggen. Wanneer de politie arriveert, zien ze dat het gezicht van de man helemaal opgezwollen is. Het slachtoffer blijkt Pedro B. te zijn, een vijftiger uit Brugge die volgens de politiedatabank lid is van motorclub No Surrender. De man blijkt zelfs te wonen in het clubhuis in de Vannekenstraat in Zwevezele. Pedro B. wordt met spoed naar het ziekenhuis gebracht en kan niet meteen verhoord worden. Achteraf zal blijken dat hij blind is aan één oog, brandwonden op zijn lichaam heeft en meerdere slagen en stampen te verwerken heeft gekregen.

Famiflora

Voor de politie is het al van in den beginne duidelijk dat de feiten iets te maken moeten hebben met motorclub No Surrender. Op bewakingsbeelden in de Rue Jules Vantieghem zien ze hoe om 4.21 uur de Volkswagen Caddy van clublid Michaël – Mika – D. eerst de parking van de Famiflora wil oprijden, maar uiteindelijk verder rijdt naar een desolater stuk van de weg. Daar wordt Pedro B. uit de bestelwagen geduwd en voor dood achtergelaten. Uitlezing van de gsm van het slachtoffer leert dat hij die avond lange tijd verbleef in Stekene, om vervolgens de verplaatsing naar het clubhuis in Zwevezele te maken waar zijn gsm iets na 1 uur een laatste teken van leven geeft. Wat is er die avond gebeurd in het clubhuis en waarom viseerde de motorbende één van haar eigen leden?

Frituursnacks

Uit het dossier blijkt dat het West Side-chapter van Zwevezele die avond een bezoek bracht aan een ander chapter van No Surrender in Stekene. Er heerste binnen de club al langer onvrede over Pedro B., die zijn colors (het logo van de club dat op de achterkant van de motorvest genaaid wordt, red.) al eens moest afgeven en teruggezet was van full member naar prospect (aspirant, red.). Vlak voor vertrek naar Stekene komt vicepresident Ward T. bij interim-president Angelo – Lote – T. “Pedro moet eruit. Hij heeft de vrouw van Jelle W. (lid dat in de cel zit, red.) willen versieren. Ik heb de sms’en gezien”, meldt Ward T. “Hij moet eerst zijn schulden aan de club betalen. Daarna zetten we hem buiten”, antwoordt Angelo T. hem. De groep vertrekt naar Stekene en keert rond middernacht terug naar Zwevezele. Alle full members gaan in de living zitten, de rest blijft in de bar. Enkele prospects beginnen frituursnacks te bakken.

Een ‘wafel’

Plots ontstaat er tumult. Ondanks het njet van president Angelo T. zijn sergeant-at-arms Jelle P. en vicepresident Ward T. toch naar Pedro B. gestapt om hem te confronteren met de pikante sms’en. “Van vrouwen van de club moet je afblijven, vortzak”, schreeuwen ze, waarop de ene na de andere slag volgt. Jelle P. draagt daarvoor zelfs handschoenen met versterkte kneukels. Wanneer president Angelo T. uit de living komt, kan hij nog net verhinderen dat Jelle P. het slachtoffer te lijf gaat met een baseballknuppel. “Het moet gedaan zijn, je moet hem de kop niet inslaan, hé”, maakt de president zich kwaad, waarop hij naar buiten gaat. Slachtoffer Pedro B. blijft ondertussen slagen krijgen. “Waar ligt de tang om zijn vingers af te knippen?”, roept een clublid. Pedro B. strompelt naar buiten en botst er tegen Angelo T. “Gaat het niet gaan misschien?”, briest die, waarop hij het slachtoffer ook – naar eigen zeggen – een wafel geeft. “Maar hij stond direct daarna wel weer recht”, stelt hij tijdens een verhoor gerust. Terwijl Pedro B. verder afgetroefd wordt, vertrekt Angelo T. naar huis en doorzoeken de andere clubleden de kledij van B. “Ze hielden een gasbrandertje vlakbij mijn linkerschouder en eisten mijn pincode. Achteraf zijn ze dan 400 euro gaan afhalen”, verklaart het slachtoffer achteraf. Nadat ze ook zijn Yamaha FJ600N, een laptop, twee smartphones, een harde schijf en wat werkmateriaal hebben afgenomen, besluit de bende hun voormalige brother Pedro B. te dumpen in Dottenijs.

Omerta

Voor de speurders is het een zware klus om de avond van de feiten te reconstrueren. Niet alleen door de gekende omerta – de zwijgplicht – binnen het motormilieu, maar vooral omdat kort na de feiten het Zwevezeelse chapter van No Surrender plots overstapt naar de Blue Angels. Maar niet alle leden zijn er even welkom. Sommigen worden buiten geflikkerd – in bad standing zoals dat heet –, anderen sluiten zich aan bij een ander chapter van No Surrender, nog anderen keren de motorclubwereld de rug toe. Eén ding blijven ze gemeen hebben: zowat elk van de vijftien beklaagden die maandag terechtstaan in Brugge, ontkent dat het de bedoeling was om Pedro B. te doden. Sommigen geven toe klappen te hebben uitgedeeld, maar ook niet meer dan dat. Pedro B. zelf legde daarover zeer wisselende verklaringen af. Zo duidde hij twee mannen aan die naast hem zaten in de Volkswagen Caddy waarmee hij in Dottenijs gedumpt werd, maar trok hij die verklaring later weer in. Dat hij ondertussen, samen met diezelfde twee mannen, opnieuw lid geworden is van een ander chapter van No Surrender MC, zal daar niet vreemd aan zijn.

Lees meer over:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier