Een 19-jarige Oostendenaar heeft zich voor de Brugse strafrechter moeten verantwoorden voor drugshandel. D.W. was amper 16 jaar oud toen hij op aanzienlijke schaal cannabis begon te verkopen. Het openbaar ministerie vorderde een effectieve gevangenisstraf van 25 maanden.
De politie beschikte over informatie dat cannabis werd gedeald vanuit een woning in Zeebrugge. Tijdens een observatie werd op 5 december 2020 vastgesteld hoe D.W. en twee minderjarige kompanen samen de tram namen. Ze bleken in het bezit van meerdere pakketjes cannabis. Bovendien werd bij een huiszoeking een kleine hoeveelheid creatine en liefst 750 gram cannabis aangetroffen.
Het onderzoek wees uit dat W. sinds zijn zestiende drugs verkocht in Oostende, Blankenberge en Knokke. Hij zou volgens het parket tot vijftien klanten per dag gehad hebben. De beklaagde werd uiteraard enkel vervolgd voor de periode van zestien maanden vanaf zijn meerderjarigheid. De procureur merkte op dat de Kortrijkse strafrechter hem al tot twaalf maanden voorwaardelijke celstraf veroordeelde voor diefstal met geweld.
De verdediging pleitte dat W. door problemen met zijn stiefvader in instellingen belandde. Daar leerde hij slechte vrienden kennen. Uiteindelijk moest hij de instelling op zijn 18de verjaardag verlaten, waardoor hij op straat terechtkwam. “Hij leefde van zetel tot zetel en sliep soms in het station of onder een brug. De gevangenis is eigenlijk een beetje zijn redding geweest”, aldus meester Lien Mariane Crombez-Dambre. De beklaagde wil nu alsnog een diploma halen en zou drugsvrij zijn. In die omstandigheden vroeg zijn advocate om een straf met probatie-uitstel, met uitzondering van de zes maanden voorhechtenis.
De rechter doet uitspraak op 24 juni.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier