Deskundigen: “Gynaecologe uit Oudenburg ging in de fout bij misgelopen bevalling”

Redactie KW

Het hof van beroep in Gent heeft het college van deskundigen ondervraagd in de zaak van een 53-jarige gynaecologe uit Oudenburg waarbij een baby overleed kort na de bevalling. Het college blijft erbij dat de doodsoorzaak het fout toedienen van een product is.

Op 4 oktober 2010 kwam het zoontje, N., van S. D. en M. G. uit Bredene ter wereld in het Oostendse Henri Serruysziekenhuis. Het koppel had gekozen voor een onderwater-bevalling waarbij de gynaecologe, V.D. uit Oudenburg, het product oxytocine, een hormoon dat de bevalling versnelt, in een spier van de mama had ingespoten. Volgens hun advocaat kreeg de vrouw daardoor zo’n zware contracties dat het jongetje werd dood gedrukt in de baarmoeder. Het zoontje liep bij de bevalling een zwaar op en moest meteen gereanimeerd worden. Vijf dagen later overleed het jongetje in het AZ Sint-Jan in Brugge.

Vier deskundigen concludeerden dat de zware contracties van de baarmoeder geleid hebben tot zuurstofgebrek bij N. Door dit zuurstoftekort liep het jongetje een hersenletsel op. De gynaecologe en haar advocaat menen dat er andere mogelijkheden zijn en vroegen de vrijspraak in plaats van de acht maand cel die ze in eerste aanleg kreeg. Op 26 juni was er uitspraak in beroep voorzien, maar het hof voelt zich onvoldoende geïnformeerd. Zo werden onder meer de ouders en de vroedvrouw die bij de bevalling aanwezig was niet verhoord. Daarom werd de opdracht nu aan de politie gegeven om dat alsnog te doen. Daarop werden de deskundigen nu ondervraagd door het hof. Het college blijft erbij dat het toedienen van oxytocine in de spieren een risico inhoudt dat het te veel weeën teweegbrengt. Daarom is het aangewezen het intraveneus – dus via een katheder – in te spuiten. “Op die manier kan men het toedienen en de werking van het product onmiddellijk stoppen”, aldus een van de professoren. De WHO, de Wereld Gezondheidsorganisatie, had dat ook al aangegeven in de jaren 1990 om het product enkel intraveneus toe te dienen voor het opwekken van de weeën.

Het college van deskundigen onderzochten daarop nog andere mogelijke pistes en oorzaken voor de fout gelopen bevalling, zoals een virus, maar alle andere mogelijke scenario’s achten ze allen extreem onwaarschijnlijk. Hun conclusie is dan ook dat het toedienen van de spuit en een onvoldoende monitoring nadien aan de oorzaak ligt. Overigens waren de artsen formeel dat ze geen weet hebben van andere ziekenhuizen in België dan in Oostende, die het product ook musculair gebruiken voor het opwekken van weeën. De gynaecologe meent wel dat er andere oorzaken mogelijk zijn waar het fout kon lopen bij de bevalling. Intussen is de praktijk van het toedienen van het product wel aangepast.

Op 16 oktober wordt de vroedvrouw die bij de bevalling aanwezig was, ondervraagd door het hof. De zaak zal dan vermoedelijk opnieuw gepleit worden ergens rond de jaarwisseling.

(OSM)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier