Dader riskeert tien jaar cel voor steekpartij in Torhoutse bakkerij

Het openbaar ministerie heeft donderdag voor de correctionele rechtbank van Brugge 10 jaar gevangenisstraf gevorderd voor een poging tot doodslag in een bakkerij in Torhout. Karem F. deelde meerdere messteken uit aan zijn vriendin, maar ontkent dat hij het slachtoffer van het leven wilde beroven.

De steekpartij speelde zich op 9 augustus 2018 af bij bakkerij Devriendt in de Oostendestraat in Torhout. De 34-jarige vrouw uit Torhout was aan het werk in de winkel toen ze werd neergestoken door haar partner. F. schopte ook nog tegen haar hoofd en spuwde op haar. Het driejarige dochtertje van M.R. was getuige van de feiten. Het slachtoffer werd met levensbedreigende verwondingen overgebracht naar het ziekenhuis, maar haar toestand was na enkele dagen stabiel.

De verdachte rookte nog rustig een sigaretje terwijl hij wachtte op de komst van de politie. Karem F. kon dan ook zonder problemen ingerekend worden en legde onmiddellijk bekentenissen af. Het onderzoek wees uit dat de illegale vluchteling eerder al een vuistslag had uitgedeeld aan zijn partner. Volgens de procureur had F. die nacht zelfs al geprobeerd om haar te wurgen. Het openbaar ministerie vorderde tien jaar effectieve gevangenisstraf.

Telefoons uit de gevangenis

De advocaat van de burgerlijke partij benadrukte dat het leven van het slachtoffer werkelijk aan een zijden draadje hing. Door de messteken waren een long en een nier doorboord. “Dieren in een slachthuis worden respectvoller behandeld”, aldus meester Rik Demeyer. Bovendien werden meerdere pezen van haar handen doorgesneden, toen ze zich probeerde te verweren.

De beklaagde en het slachtoffer hadden elkaar ongeveer drie maanden voor de feiten leren kennen. Al snel stelde F. zich jaloers en bezitterig op. Ook na de steekpartij liet hij de vrouw niet gerust. “Op een moment waren er 40 à 50 telefoons per dag vanuit de gevangenis. Hij schreef ook brieven vol zelfbeklag om haar om een gunstige verklaring te vragen”, pleitte meester Demeyer.

Voor M.R. werd een voorlopige schadevergoeding van 7.500 euro gevorderd. Een wetsdokter zal later de precieze schade moeten bepalen. De ouders en het dochtertje van het slachtoffer vragen elk een schadevergoeding van 5.000 euro. Ten slotte vorderde bakkerij Devriendt ruim 2.500 euro, omdat de bakkerij enkele dagen moest sluiten.

Beklaagde: “Mevrouw heeft als eerste het mes genomen”

De verdediging legde uit dat het koppel elkaar leerde kennen in het drugsmilieu. Overmatig drank- en drugsgebruik zouden volgens de beklaagde aan de basis liggen van de feiten. “Ze hadden alleszins beiden hun aandeel in de explosieve situatie”, aldus meester Joris Van Maele. Naar eigen zeggen liep F. tijdens het incident ook verwondingen op. In die omstandigheden vroeg de verdediging om de feiten te herkwalificeren naar opzettelijke slagen en verwondingen. “Het was een reactie, hij heeft helemaal niet de bedoeling gehad om haar te doden. Mijn cliënt wist zelf ook niet hoeveel hij gestoken had.”

In zijn laatste woord schoof de beklaagde de zwarte piet door naar het slachtoffer. “Mevrouw heeft als eerste het mes genomen om mij te bedreigen”, klonk het. De rechter vroeg zich af waarom de man meermaals gestoken had. “Ik was mezelf niet. Ik heb nooit de bedoeling gehad om haar zo toe te takelen”, reageerde de beklaagde.

De rechter doet uitspraak op 14 maart.