“Limburg en West-Vlaanderen bleken beste vrienden en vonden elkaar in hun bourgondische levensstijl”

© Foto Kurt
Stephanie Rogeau
Stephanie Rogeau Medewerker KW

Geen boeiender ras dan het West-Vlaamse, vindt ook Stephanie Coorevits. De schrijfster, psychologe en televisiemaakster laat zich graag inspireren door de West-Vlamingen en hun gewoontes.

Afgelopen weekend bracht ik in Barcelona door. Ik hoor je denken: net nog Madrid, nu alweer Barcelona, dat mens schept geld zeker? Tuurlijk, het is algemeen geweten dat columnisten van lokale kranten niet weten wat te doen met hun euro’s. Maar dus. Het was de verjaardag van een van mijn dierbaarste vrienden en bij wijze van verrassing had zijn lief een weekend georganiseerd naar zijn favoriete stad.

We waren met een bont gezelschap: drie Brusselaars, drie Limburgers, een Leuvense, een Kempense en dan dus ik, de West-Vlaamse. Ik beschouwde dit weekend niet louter als ontspanning. Immers, ons kent ons en wij, West-Vlamingen, zijn altijd aan het werk. Dus dacht ik: dit wordt interessant! Dit wordt een vergelijkende studie tussen culturen. Mijn antropologisch meesterwerk, zo je het wil. (bescheiden! Dat zijn wij ook!)

“Als we dit doortrekken over de landsgrenzen, dan zijn we weer één stap dichter bij de ultieme wereldvrede”

Het begon al op de luchthaven. We kregen de instructie van het lief om ons te verschuilen aan de Starbucks alwaar wij ontdekt zouden worden door het feestvarken. Toen hij ons uiteindelijk in de gaten kreeg, sprong iedereen recht en het mag niemand verbazen dat de Leuvense en de Kempense zo hard ‘suuurrpppriiiiiiissseeee’ riepen dat de helft van de reizigers er bijna in bleef. Een wat oudere tafel naast ons mompelde afkeurend: ‘Dees kan toch na nie, in tijden van terrorisme‘.

Mijn gezelschap bleef vrolijk door joelen terwijl Limburg en West-Vlaanderen wat beschroomd rondkeken, excuses hier en daar in het rond strooiend. Wat later tijdens de reis, na ons gewicht aan tapa’s te hebben gegeten, waarbij ook ons volledig volume aan water vervangen werd door cava, werden de clichés alleen maar verder bevestigd. Limburg en West-Vlaanderen bleken de beste vrienden en vonden elkaar in hun bourgondische levensstijl, ondanks de linguïstische verschillen. Leuven en de Kempen schijnen in plaats van over een mentale filter over een ingebouwde microfoon te beschikken (Luid! Dat houd je niet voor mogelijk. Maar wel uitstekend feestmateriaal). Brusselaars zijn wereldburgers en praten zo sappig dat je uren naar hen kan luisteren.

De vier dagen in Barcelona waren met andere woorden één groot feest en deze microstudie deed me beseffen dat onderling contact alleen maar bevorderlijk is voor het samenhorigheidsgevoel. Conclusie? Als we dat doortrekken over de landsgrenzen, dan zijn we weer één stap dichter bij de ultieme wereldvrede. Graag gedaan, VN.