Een Belg en een Chinees

Wouter Deboot
Wouter Deboot Televisiemaker

Vorig jaar fietste Wouter Deboot dwars door Amerika, dit jaar rijdt hij dwars door Oceanië. Met zijn fietstocht door Australië en Nieuw-Zeeland wil hij ons laten kennismaken met onze tegenvoeters. Wekelijks vertelt Wouter hier over zijn belevenissen die maandag in Iedereen Beroemd te zien zijn.

Elke reis begint eigenlijk al maanden vooraf, tijdens de voorbereiding. Toen ik testopnames maakte aan de boorden van de Schelde in Gent, ontmoette ik een man die me vertelde dat zijn zoon in het noorden van Nieuw-Zeeland woont. We wisselden enkele berichten uit en een tijdje later kreeg ik een uitnodiging van Kwinten de Vos, een geboren en getogen Stroppendrager. Sinds acht jaar woont hij in Leigh, een speldenprik aan de Bay of Goats in het noorden van Nieuw-Zeeland.

Kwinten is nerveus wanneer ik hem de hand schud. Dat gebeurt wel vaker bij afspraken die ik van tevoren vastleg. Maar praten over het weer blijkt ook hier een goede ijsbreker, we blijven Belgen. Terwijl het water met bakken uit de hemel valt en de wind boos door de kieren waait, vertelt Kwinten zijn verhaal. “Ik ben nu bijna veertig, maar ik was nog een twintiger toen ik voor het eerst door Nieuw-Zeeland trok. Het was snel duidelijk dat ik me hier goed voelde. Ik besloot mijn leven in België op te geven en het er hier op te wagen.”

Met een sterke Gentse tongval legt hij uit dat het niet vanzelfsprekend was om hier een snorkelbedrijf uit de grond te stampen. “Het paradijs opent maar moeilijk zijn deuren voor buitenlanders. Al acht jaar probeer ik een visum te bemachtigen, maar voorlopig zonder succes. Enkele jaren terug behaalde ik een master aan de universiteit, omdat mensen met zo’n diploma recht hadden op een visum. Maar toen kwam er een nieuwe regering aan de macht en die schrapte die titel van de visumlijst. 26.000 dollar voor niets.”

Na een tiental minuten lig ik uitgeteld en duizelig op de rotsen

Het was niet alleen financieel, maar ook mentaal een zware dobber. “Het is een prachtig eiland, maar op het vlak van bestuur of sociale voorzieningen is het een apenland.” Voor de zoveelste keer tijdens deze reis trek ik verwonderd mijn wenkbrauwen op. Het immigratiemodel van Australië en Nieuw-Zeeland wordt door sommige van onze politici openlijk bewonderd, maar als je deze verhalen hoort, dan vraag je je toch af waarom het voor een hardwerkend iemand als Kwinten onmogelijk is om een eigen zaak uit te bouwen.

Na twee moeilijke jaren vond hij dan toch zijn draai. En mensen die zich goed voelen, staan open voor andere zaken, zoals de liefde. Hij ontmoette de toen eenentwintigjarige Mors, een Chinese jongen, mager als een grasspriet, met hoge jukbeenderen en lange zwarte haren. De twee besloten te trouwen. Op dat vlak is Nieuw-Zeeland een zeer liberale samenleving, anders dan het thuisland van Mors. Daarom houdt hij zijn huwelijk ook verborgen voor zijn familie in China.

Intussen is de hemel opgeklaard en hijsen we ons in een te strakke wetsuit. Met de onderwatercamera van Kwinten filmen we al gauw onze eerste manta. Gracieus door het water ‘vliegend’. Ik probeer het geweldig nieuws te vinden, ware het niet dat de golfslag rare dingen met me doet. Gevolg: de stoere wereldreiziger Wouter Deboot ligt na een tiental minuten uitgeteld en duizelig op de rotsen. Tegen de oerkracht van de zee heb ik geen verhaal. Game over.