De Amerikaanse droom in Oostende

Thalisa Devos
Thalisa Devos Chef Magazine

Het is intussen vijf jaar geleden dat ik, samen met fotograaf Joris Casaer, Koen De Bouw ontmoette in Los Angeles. Koen werkte er op dat moment mee aan een Hollywoodreeks en leefde er op de set en in een trailer, maar vooral ook solitair. Ik herinner me dat gesprek nog heel goed. The American Dream bestaat, maar hij is voor weinigen weggelegd en zelfs dan is het vooral hard werken en eenzaam.

Los Angeles is de plek van de extremen, van de grote sterren met hun fotogenieke villa’s en de vele daklozen die om de hoek hun tentjes opslaan. Daar is het ieder voor zich. Als de zon ondergaat tussen de palmbomen wordt het er echt donker. Koen hield van die geschifte microkosmos, zei hij me toen. Hij liet op een zeldzame manier in zijn ziel kijken. Ik bleef een beetje verweesd achter.

Vandaag mogen we een van de beste acteurs van ons land opnieuw op eigen bodem in de armen sluiten. Als Master van het Filmfestival én als de hoofdrol in Nowhere, een donkere roadmovie die het FFO opent. Het decor van de oceaan heeft plaatsgemaakt voor de woeste Noordzee en het Kursaal, maar Koen blijft onveranderlijk zichzelf. Een gelaagde en gesloten mens, eentje die zich niet makkelijk laat lezen, maar ook een kracht en zachtheid uitstraalt die maar weinigen kunnen evenaren.

“Verbeelding is de motor voor de mooiste dingen in ons leven”

Het is niet toevallig dat het thema van het festival dit jaar Going Mental is en gaat over mentale gezondheid. Film is zijn remedie tegen de echte wereld die vaak pijn doet, vertelt hij. Als kijker en als performer. Want dan biedt film een tijdelijke uitweg via de verbeelding. Koen is een slimme mens. Verbeelding is de motor voor de mooiste dingen in ons leven. Die van mij is levendig, doorspekt met alle zintuiglijke prikkels, visueel compleet gestoord of soms gewoon rustgevend. Vandaag sluit ik mijn ogen en vlij me neer onder een palmboom. Voel de zachte bries van de oceaan en katapulteer me even vijf jaar terug in de tijd. Net voor we aan het aperitief begonnen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier