Charlotte De Bruyne over haar dromen en passie: “De lange liefde moet je zelf vormgeven”

"Corona heeft flink wat roet in het eten gegooid. Ik mis het spelen wel." (Foto Christophe De Muynck)
Thalisa Devos
Thalisa Devos Chef Magazine

Acteren doet ze sinds haar twaalfde, sindsdien schrijft ze voor en speelt ze in het theater, films en voor televisie. Mama is ze sinds vorig jaar. Charlotte De Bruyne kende je al van De Twaalf, Little Black Spiders, Niet Schieten of theatergezelschap Ontroerend Goed. Vandaag vertelt ze over de liefde, acteren en haar dromen. “Wild in het rond schieten als schreeuwkoningin, dat is pas een droomrol.”

Voor de fotoshoot arriveert Charlotte in een salopette met stoere boots en zonder make-up. De fotograaf bezorgde ze eerder deze morgen bijna een beroerte omdat hij haar telefonisch niet te pakken kreeg. De yogales, wist haar man en regisseur Alexander Devriendt ons te vertellen. Een goede tip, als je kijkt naar haar uitgeruste en frisse gezicht, en haar lichaam dat zich met een zwierige naturel in bochten wringt. Ze heeft een blik die alleen actrices hebben, zo een waar iedereen die hem vangt even door van zijn melk is, en een bewustzijn waar kracht en intelligentie van afspatten. Het resultaat van zelfreflectie als actrice, een liefde voor fictie en haar eigen woorden van een belezen en oudere man met wie ze sinds haar 17de samen is. Het gesprek gaat over feminisme, racisme, #metoo, over haar werk en haar dochter. Ze lacht en discussieert. Ze zegt haar gedacht en bevraagt. En hoort dan terloops dat ze rode lipstick op moet voor de fotoshoot.

“Als alles goed gaat, sta ik straks op de set van Grond met Adil en Bilall.” (Foto Christophe De Muynck)

De dag fijn beginnen met een yogasessie, nu een interview met fotoshoot en daarna? Is het opnieuw druk voor jou?

“Alles gaat goed, de dingen worden stilaan weer opgestart. Mensen bellen me opnieuw om projecten te doen. Het is lang onduidelijk geweest in onze sector. Normaal gezien starten we over twee weken met de opnames van Grond, een nieuwe serie van Wannes Cappelle, Zouzou Ben Chikha en Dries Heyneman. (Het zullen Adil El Arbi en Bilall Fallah zijn die de regie op zich nemen met het scenario van bovenstaand trio, dat ookBevergem’ schreef, red.) Het wordt een heel mooie en grappige reeks, de eerste Vlaamse waarin voornamelijk niet-blanken zullen spelen. Ik heb een bijrol.”

Er schitteren lichtjes in je ogen als je erover vertelt.

“Ik ben stiekem de telefoon nog aan het afwachten die bevestigt dat alles doorgaat. Ik heb zoveel zin om er weer in te vliegen. De hemel klaart op!”

Heb je last gehad van de lockdown?

“Het is dubbel geweest. Op zo’n korte tijd mag je plots niets meer. Nu lijkt het alsof alles alweer mag. En het een beetje te veel tegelijkertijd is. Ik voel me als een hondje dat gedragstraining kreeg en nu alles opnieuw moet leren. Al heb ik wel vertrouwen in de wetenschappers die beslissingen maken op basis van de cijfers. Professioneel viel voor ons ook alles stil. Wij stonden op twee weken van de première van onze nieuwe voorstelling Every word was once an animal, toen covid uitbrak. De zomer van 2020 zou die geweest zijn van de tournee naar New York, naar China en Italië. Dat is allemaal weggevallen. Hopelijk kunnen we hervatten in augustus. Ik mis het om te spelen. Ik ben op mijn twaalfde in het theater gerold en speelde op mijn negentiende al bij Ontroerend Goed, vandaag mijn hoofdberoep. Daarover maak ik me geen zorgen. Theater zal niet verdwijnen, het komt gewoon terug. Maar had ik het op voorhand geweten, ik had dubbel en dik genoten van mijn laatste voorstelling.”

“We hebben een dochter van bijna een jaar, dus voor ons was de lockdown geen rustpunt.” (Foto Christophe De Muynck)

Ben jij bij het kamp dat de rust en de extra tijd dankbaar aannam of bij de ‘die de muren opliep’-versie?

“Wij hebben een dochter van bijna een jaar, voor ons was deze lockdown geen ‘rustpunt’. Het was behoorlijk heftig toen zij niet naar de crèche kon. Voor de kinderen en ouderen vind ik dit alles het ergste. Zij raken geïsoleerd, kunnen hun vrienden niet zien. Ik heb een goede band met mijn oma, een supersociale vrouw, die plots niemand meer mocht zien. Ik heb al staan huilen onder haar balkon.”

Hebben de afgelopen maanden creatief iets voortgebracht?

“Ik heb een televisiereeks geschreven met Anemone Valcke. Meer kan ik er nog niet over zeggen. Het idee was er al. Via Zoom hebben we dat voort uitgewerkt. Een kind hebben betekent, bij ons toch, ook structuur met dagelijks enkele blokjes tijd om in te werken. Daarnaast heb ik heel veel gewandeld en genoten van de nieuwe fietspaden en het groen dat de afgelopen jaren werd aangelegd in Gent. Ik heb appreciatie voor het bestuur dat daar de laatste jaren fel op heeft ingezet.”

Is dat makkelijk te combineren, schrijven en spelen, touren in het buitenland én het moederschap?

“Vraag je dat ook aan mannen?” Ze zegt het nieuwsgierig, maar wel kordaat. “Het zijn vragen die in interviews altijd aan vrouwen worden gesteld, niet aan mannen. Wij verdelen de zaken goed. Als ik in het buitenland tour, is Alexander meestal thuis, omgekeerd geldt dat ook. Madonna is nu een jaar, na mijn zwangerschapsverlof heb ik maar enkele weken kunnen werken, toen kwam de lockdown. We zullen het gewoon fiksen.”

Charlotte over de geboorte van een dochter:
Charlotte over de geboorte van een dochter: “De eerste vier maanden waren heel heftig, maar nu zijn we op het moment dat we elkaar leren kennen. Ik begin te snappen wie ik op de wereld heb gezet.” (Foto Christophe De Muynck)

Je dochter heet Madonna, een ode aan de klassieke Madonna of de popster?

“We hadden het ooit als grap gezegd: onze dochter zal Madonna heten. Toen we op zoek gingen naar een naam doken we in de klassieke schilderkunst en de mythologie. Het komt dus eerder uit die richting. Sommige mensen vinden dat heftig, gezien de link met de andere Madonna. Wij dachten, ach die is oud genoeg, het is tijd voor een nieuwe.” (lacht)

Met zo’n naam ben je bijna voorbestemd grootste dingen te gaan doen.

“Ze kan er vooral mee doen wat ze wil. Wil zij die afkorten naar Donna, dan kan dat ook. Wil zij iets heel gewoons met haar leven doen, kan dat ook. Ze móét niet de grootste persoonlijkheid hebben. Voorts heb ik beslist in interviews niet te veel over haar te praten. Ze is één, ze kan daar zelf nog niet over beslissen. Maar ze is de max. Ik voel mij heel gelukkig. De eerste vier maanden waren heel heftig, maar nu zijn we op het moment dat we elkaar leren kennen. Ik begin te snappen wie ik op de wereld heb gezet. En dat we nu met drie zijn.”

Net na ‘De Twaalf’ gaf je samen met Maaike Cafmeyer een interview. Dat ging voor drie vierde over #metoo. Heb jij het gevoel dat er iets veranderd is sinds het begin van de beweging drie jaar geleden?”

“Over #metoo wil ik het altijd hebben. Ja, ik denk wel dat er iets veranderd is. Dat merk ik aan kleinere dingen. We, mannen en vrouwen, denken hier ten eerste over na. Vroeger waren bepaalde dingen misschien vanzelfsprekend, nu niet meer. Daarnaast hebben we een taal gevonden om te definiëren wat fout loopt. Er zijn zaken, privé en professioneel, op straat of bij het uitgaan, die we niet meer moeten aanvaarden. Dan gaat het over opmerkingen over dingen ‘kunnen’ als vrouw, over wat je aanhebt of over betast worden. Om niet als een saaie seut bekeken te worden wanneer je niet lacht met seksistische moppen. Het is interessant om te zien dat er gepraat wordt, met mannen en vrouwen, dat er een nieuwe manier gevonden wordt om hiermee om te gaan.”

“De man van mijn leven ontmoeten op mijn zeventiende was niet het plan”

Lachen met de seksen, ras of geaardheid is sowieso delicaat.

“Ik ben een geprivilegieerd, wit meisje uit een financieel veilige omgeving. Ik heb geen moeilijkheden gekend in mijn leven. Wie ben ik dan om te lachen met een bepaalde groep? Laat moppen over zwarte mensen misschien over aan zwarte mensen, denk ik dan. Ik wil graag lachen met wat ik kén, met mezelf. Dat is de schoonheid van humor, iets ontmantelen waar je vertrouwd mee bent. Jezelf relativeren en niet de hele tijd serieus nemen. Ik vind dat we hier al zo lang over moeten praten, over wat kan en wat niet. Mensen kunnen hun mening overal en altijd kwijt. Maar het is superbelangrijk dat iedereen zich gewoon gerespecteerd kan voelen. Als het gesprek deze richting uitgaat, kan ik je beloven dat we de rest van de dag bezig zijn.”

Een portie lichtheid dan maar, in ‘Dagelijkse Kunst’ (het programma waar Klara huizen aandoet van bekende kunstenaars, red.), zag ik je een popje van een blonde rondborstige superheldin tonen. “Ik droom ervan eens zo’n rol te spelen”, zei je toen.

“Absoluut. Zo’n overdreven screamqueen in een strak pakje die met geweren goochelt en veel lawaai maakt. Héérlijk. Maar jammer genoeg worden er in België geen horror-, actie- , fantasyfilms of X-mentoestanden gemaakt. Stiekem droom ik van zo’n rol.”

“Onze dochter heet Madonna. Wij dachten, die andere is oud genoeg. Tijd voor een nieuwe”

In elk interview lees ik het tussen de lijnen: je leeft graag.

“Dat wordt gezegd, ja. Ik ben een optimistisch mens, al maak ik me ook vaak zorgen. Maar de meeste dingen die ik meemaak of doe in mijn dagelijkse leven, maken me gelukkig. Sommige mensen hebben nu het gevoel dat alles kapot is, leven met een soort van dystopisch idee over de toekomst. Dat heb ik niet.”

Het zou eigen zijn aan de menselijke geest om – onafhankelijk of het zo is te voelen dat hij net in een tijd van grote veranderingen leeft. Misschien dat George Floyd en covid-19 wel écht voor een kentering zorgen?

“Ja! We zijn constant in verandering. De mens is een ongelofelijk slim dier dat zich altijd aanpast. De titel van de Biënnale in Venetië vorig jaar was May you live in interesting times. Ik geloof dat we over vijftig jaar terug zullen kijken op een mens als Trump en denken ‘dat was de grote shift als het over racisme en seksisme gaat’. Hoe konden we dat laten gebeuren?! Of hoe hebben we ooit kunnen toelaten dat de kloof tussen rijk en arm zo groot was?”

“Later zullen we ons afvragen: hoe hebben we kloof tussen arm en rijk zo ver kunnen laten komen?” (Foto Christophe De Muynck)

Een optimist dus. Kijk je ook zo naar de liefde?

“Absoluut. Mijn ouders hebben mijn beeld over de liefde zeker beïnvloed. Ze zijn nog altijd gelukkig samen. Ook als er ruzie was, zag ik hoe zij voor elkaar vochten en hoe je de dingen oplost. Daar ben ik hen megadankbaar voor. Ik ben sinds mijn zeventiende samen met Alexander. Dat was niet mijn plan, maar hij maakt me heel gelukkig. De liefde is ook op het juiste moment op de ander botsen en het risico nemen om je over te geven. Want het is een groot risico. Ik geloof in de liefde. En in coup de foudres. In een uitgewisselde blik waarbij je denkt ‘wie zijde gij?!‘. Maar de lange liefde, die moet je zelf vormgeven. Die verandert en ook weer niet. Een kind heeft onze relatie ook veranderd en ook weer niet. Ik luister ongelofelijk graag naar relatietherapeut Ester Perel. In haar podcast Where Should We Beginhoor je therapiesessies met koppels die bij haar in behandeling zijn. De inzichten die zij geeft! We denken allemaal dat we kunnen communiceren, maar met elkaar praten is moeilijk. Het is relatietherapie, nog voor het nodig is.” (lacht)

De perfecte tip voor wanneer de verveling deze zomer toeslaat.

“Ik geloof in de liefde. En in coup de foudres.” (Foto Christophe De Muynck)


Wie is Charlotte De Bruyne?

Charlotte De Bruyne (29) werd geboren in Lochristi en woont samen met haar man Alexander Devriendt en dochter Madonna (11 maanden) in Gent.

In 2008 volgde ze een theateropleiding aan KASK en debuteerde in 2011, wat haar een internationale prijs opleverde. Ze is ook verbonden aan theatergezelschap Ontroerend Goed.

De actrice speelde in films als Little Black Spiders, Flying Home, Achter De Wolken en Niet Schieten. Ze was ook te zien in series als Vriendinnen en recent nog De Twaalf.