Met expo en fietstocht virtueel terug naar glorietijd van Brugge en Zwinhavens

De huidige Spinolarei en Spiegelrei en het Jan Van Eyckplein in Brugge: in de Middeleeuwen een centrum van gonzende bedrijvigheid.© Westtoer
De huidige Spinolarei en Spiegelrei en het Jan Van Eyckplein in Brugge: in de Middeleeuwen een centrum van gonzende bedrijvigheid.© Westtoer
Hannes Hosten

Een fietsroute met virtual reality-kijkers en een hoogtechnologische tentoonstelling in het Zwin Natuur Park brengen vanaf 3 juli de verdwenen Zwinhavens weer tot leven. Het grensoverschreidende project voert je terug naar de tijd dat Brugge, maar ook de hele Zwinregio met havens Damme, Monnikerede, Hoeke, Sint-Anna-ter-Muiden en Sluis, het centrum van de wereld was.

‘Verdwenen Zwinhavens’ is een project van Westtoer en de Universiteit Gent, dat tot stand kwam na jarenlang onderzoek. Het resultaat zijn beelden in virtuele realiteit, via ultramoderne technologie opnieuw tot leven gewekt, en tot in de details historisch correct. Hiervoor is intens samengewerkt tussen het Parijse bureau Timescope, wereldspeler op vlak van virtuele realiteit (VR) en verhoogde realiteit (AR), de Universiteit Gent en verschillende wetenschappelijke comités.

De doorbraak van de jongste Zwingeul in 1134 maakte dat Brugge een snijpunt van land- en zeewegen werd en zich tot een Middeleeuwse metropool kon ontwikkelen. Maar de weerklank van Brugge had alles te maken met het netwerk aan havens langs de Zwingeul. De verzanding van het Zwin luidde vanaf de late 15de eeuw het einde van die glorieperiode in.

Zwingeul vanaf 1134

“We focussen op de periode tussen 1134 en het einde van de 15de eeuw, maar dat betekent niet dat Brugge voordien geen toegang tot de zee had”, vertelt Wim De Clercq, professor archeologie aan de Universiteit Gent. “Brugge lag niet aan zee, maar was in de Romeinse tijd al met de zee verbonden door de Blankenbergegeul, die vanaf het latere Fort Lapin tot aan de kust liep. Die geul draaide later in wijzerzin met de kust mee en werd uiteindelijk de Zwingeul, die via Damme en Sluis liep en ter hoogte van Cadzand uitmondde in zee.”

Met de nieuwste technologieën worden historische 2D-beelden omgezet in 3D-beelden.©Hannelore Denolf Westtoer
Met de nieuwste technologieën worden historische 2D-beelden omgezet in 3D-beelden.©Hannelore Denolf Westtoer

“De Zwingeul liep nooit tot in Brugge, wel tot in Damme, waar een dam werd gebouwd. Tot op die plek was de geul bevaarbaar en daar kwam dus een haven. De verbinding met Brugge werd gemaakt via het Reiekanaal. De bloei van Brugge begon al in de tiende eeuw, maar in de 12de, 13de en 14de eeuw groeide de stad echt uit tot een economisch, politiek en cultureel centrum, waar de Vlaamse graven en later de Bourgondische hertogen zich thuis voelden. Maar Brugge ging zich nooit zo kunnen ontwikkelen zonder het uitgebreide netwerk aan voorhavens.”

Elke haven eigen taak

“Uniek aan dit havennetwerk is dat elke haven zijn eigen taak had”, weet professor De Clercq. “Zo was Damme de haven waar de wijn gestapeld werd en de haring gelost. Hoeke was de haven van het Hanzenetwerk, een samenwerkingsverband van kooplieden uit de lage landen, Duitsland en Scandinavië. Er gebeurden ook scheepsherstellingen, er werd masten, touwen en ijzer geproduceerd en graan en steenkool geleverd. Vandaar werd alles dan op kleinere bootjes overgeladen en naar Brugge verscheept.”

“Brugge controleerde en domineerde het hele havennetwerk, want het was Brugge dat in die voorhavens investeerde. De regio staat nu vooral bekend als landbouw- en toerismestreek, maar toen was het een van de meest verstedelijkte gebieden van West-Europa. Bijzonder aan dit verhaal is de vergankelijkheid, de voortdurende interactie met de zee. Het doorbreken van de zee in de Zwingeul was een calamiteit, maar groeide uit tot een opportuniteit. Tot de verzanding en de godsdienstoorlogen voor een dramatische omwentelingen zorgden.”

 © Westtoer
© Westtoer

“In de hoogdagen was de streek rijk in alle betekenissen van het woord”, zegt professor De Clercq. “Als archeologen vinden we er een diversiteit aan materialen die van heinde en verre komen. En er werd niet enkel handel gedreven, het was ook een heel productieve omgeving: de focus ligt dikwijls op luxegoederen uit Brugge, maar in werkelijkheid waren er ook grote ijzersmederijen, werd er barnsteen bewerkt tot kralen en paternosters, werden hertengeweien in allerhande producten omgezet… Er zijn ook grote zeeslagen uitgevochten: in 1315 vlak voor Damme, in 1340 de Battle of Sluis tussen de Fransen enerzijds en de Engelsen en de Vlamingen anderzijds. Dat is een verhaal op zich.”

“Ballaststenen tonen handelsbalans”

“Interessant zijn ook de ballaststenen die de schepen van overal meebrachten. De hele regio ligt bezaaid met stenen in de meest exotische kleuren. Uit het Scando-Baltische gebied, uit Italië… Schepen hadden stenen nodig om de stabiliteit te garanderen, iets waar nu ballastwater voor wordt gebruikt. De stenen waren liefst zo zwaar mogelijk, maar tegelijk zo klein mogelijk. Dat was het meest praktische. Maar als er nieuwe vracht kon worden geladen, werden die stenen overboord gegooid. Daaraan zie je eigenlijk de positieve handelsbalans van Vlaanderen.”

“Omgekeerd werd van bij ons ook zand gelanden als ballastmiddel. Zand was nog betere ballast dan keien. Er werd zelfs geld voor gegeven. In diverse Hanzesteden vind je het typische zand met schelpjes uit Vlaanderen en Zuid-Nederland. Dat zand werd er ook gebruikt in mortel. Wij bleven hier achter met de stenen, al werden ook die gebruikt. Een hele straat in Sint-Anna-ter-Muiden is in ballastkeien geplaveid. Ook in het belfort van Sluis, de kerk van Damme… vind je ballastkeien. Je kan er de hele internationale handel in reconstrueren.”

Hoogtechnologische tentoonstelling

“Het is de eerste keer dat zo uitgebreid onderzoek is gedaan naar die voorhavens”, aldus Wim De Clercq. “Dat gebeurde door historici en archeologen, maar ook geologen, biologen… We zijn blij om de mooie resultaten nu voor het eerst aan het grote publiek te kunnen tonen. De historische beelden zijn dan ook heel gedetailleerd en historisch correct. De technologie geeft ons nieuwe mogelijkheden die we vroeger niet hadden. Maar we zijn echt wel trots op de resultaten.”

De tentoonstelling in de exporuimte en in het kijkcentrum van het Zwin Natuur Park brengt de bezoekers via VR en AR naar de Zwinhavens van toen. Een centrale maquette toont de evolutie van de Zwingeul en de havens via AR-projectie. Ook de dagelijkse activiteiten in de toenmalige havens komen opnieuw tot leven. Bezoekers maken tijdens de tijdreis ook een virtuele boottocht vanuit de Noordzee door de Zwingeul langs Sluis naar Brugge. De expo ‘Verdwenen Zwinhavens’ loopt van 3 juli tot 7 november.

Fietsroute

Naast de virtual reality-kijkers in het Zwin Natuur Park, spreken ook vier andere outdoor en gratis VR-kijkers langs de nieuwe fietsroute tot de verbeelding. Ze bieden een 360 graden-zicht op het virtuele Middeleeuwse landschap van het Zwin en de verdwenen havens van Sluis, Monnikerede, Damme en Brugge. De bewegwijzerde fietsroute is er vanaf 3 juli 2021 tot 2023. Starten kan in Brugge, Damme, Sluis of het Zwin Natuur Park. De route is 60 km maar is ook te fietsen in verschillende kortere lussen. Een gratis fietskaart geeft meer duiding.

Langs de fietsroute zullen verschillende virtual reality-kijkers opgesteld staan.© Westtoer
Langs de fietsroute zullen verschillende virtual reality-kijkers opgesteld staan.© Westtoer

Het project met expo en fietsroute is uitgegroeid tot een internationaal project tussen Vlaanderen en Nederland. Met de steun van Vlaanderen en de provincie West-Vlaanderen werken initiatiefnemers Universiteit Gent en Westtoer samen met het Zwin Natuur Park en de partners Brugge, Knokke-Heist, Damme, Sluis, de Provincie Zeeland en Natuur en Bos van de Vlaamse overheid. Ook de Haven van Zeebrugge (MBZ), baggerbedrijf DEME en de Nationale Loterij zijn partners.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier